“Altijd honger: gewoon niet aan toegeven of zit er meer achter?”
Mensen met obesitas zullen het vaker horen: je moet gewoon minder eten, dat is toch niet zo moeilijk?
Schrijnend vindt ze dat, Dr. Mariëtte Boon, internist-in opleiding in het Leids Universitair Medisch Centrum en medeauteur van de internationale bestseller Vet Belangrijk.
Want zij weet wel beter; ons lichaam werkt ingewikkelder dan dat en bovendien werkt het bij iedereen anders.
Vol gevoel
Verschillende stofjes en systemen regelen onze vethuishouding. Dat doen ze onder andere door het beïnvloeden van de stofwisseling, het honger- en verzadigingsgevoel, maar ook het beloningsgevoel.
Je herkent het wel, het volle gevoel na het eten. Maar hoe ontstaat dat eigenlijk? Een bekende misvatting is dat dit simpelweg gebeurt doordat je maag letterlijk ‘vol’ raakt en daardoor uitrekt, een proces dat geregistreerd wordt door bepaalde zenuwcellen in de maag en darmwand en doorgegeven wordt aan de hersenen. Nee, het is veel complexer dan dat en verschillende hormonen spelen hierin een sleutelrol. Hormonen die worden afgegeven na de maaltijd en hun signaal ook doorgeven aan de hersenen.
De plaats in de hersenen waar de hormonen worden omgezet in een signaal, zoals het volle gevoel in dit geval, heet de hypothalamus. De hypothalamus is een heel klein plekje diep in de hersenen verscholen (zie foto). Het fungeert als een soort verkeerstoren voor veel meer van dat soort signalen. Al deze signalen vormen de stukjes in de puzzel die ons lichaamsgewicht bepaalt.
Een puzzel van stofjes en signalen
Leptine is zo’n puzzelstukje. Dit hormoon wordt aangemaakt door vetweefsel, nadat je gegeten hebt. Het geeft een signaal aan de hypothalamus, waardoor je verzadigingsgevoel wordt aangewakkerd. Dit voorkómt dat je na een maaltijd hongerig blijft. Bovendien fungeert leptine ook als een soort ‘vet thermostaat’ van het lichaam. Leptine wordt namelijk door vetcellen aangemaakt in een verhouding die overeenkomt met de hoeveelheid vet dat in onze vetcellen ligt opgeslagen
Maar, zul je denken, dan zou ik toch juist geen hongergevoel meer moeten hebben na het eten? Want, leptine zorgt immers voor meer verzadigingsgevoel. Maar ik heb juist altijd honger, hoe kan dat nou? Dat is nu juist het probleem voor veel mensen met obesitas, legt Mariëtte uit. De hersenen worden als het ware overvoerd met de grote hoeveelheid leptine, waardoor ze minder gevoelig worden voor het signaal. Ook de ontsteking die vaak optreedt bij obesitas draagt hieraan bij. Dit fenomeen heet leptineresistentie. Mede daarom hebben mensen met obesitas juist vaker honger.
Een ander hormoon dat een rol speelt bij het tot stand komen van je verzadigingsgevoel na de maaltijd, is glucagon-like peptide-1 (GLP-1). Dit hormoon wordt echter niet aangemaakt in het vetweefsel, maar in de darmen. Tijdens de maaltijd zorgen voedingsstoffen die in de dunne darm arriveren voor de aanmaak van GLP-1. Als dit aankomt in de hypothalamus wordt het daar omgezet in een signaal van verzadiging.
Van het vetweefsel en de darmen, terug naar de maag. Daar wordt ook ghreline aangemaakt, een tegenhanger van leptine. Dit hormoon bereikt zijn piek juist net voor het eten en geeft een hongergevoel.
Dopamine
Zo zijn we aangekomen bij het volgende puzzelstukje. Je kent het wel, na een uitgebreid diner zit je vol. Je laat je groentes staan, maar toch heb je nog een gaatje vrij voor het toetje. Terwijl je de chocolademousse met stukjes karamel naar binnen lepelt, ervaar je een fijn en prettig gevoel. Dat wordt veroorzaakt door dopamine. Dopamine komt vrij bij bepaalde handelingen of situaties, zoals eten, seks, sporten of drugs en geeft je een goed gevoel, het beloningsgevoel. Sommige mensen ervaren meer beloningsgevoel dan andere. Dat is genetisch bepaald. Die mensen zullen, wanneer ze verdrietig zijn of juist iets te vieren hebben, eerder naar eten grijpen om dat fijne gevoel terug te halen. Dopamine voelt zo prettig, dat het zelfs een beetje verslavend kan werken.
Stap voor stap naar een gezonder gewicht
Zoals Mariëtte al aangaf, ons lichaam zit ingewikkeld in elkaar. Alle hierboven genoemde stofjes en signalen moeten precies goed op elkaar afgestemd zijn om goed te kunnen werken. Helaas is dat niet altijd het geval en raken systemen ontregeld. Zonder dat we daar zelf altijd invloed op hebben. Dat geldt ook voor mensen met obesitas. Maar hoe krijg je de systemen weer op orde?
Er zijn verschillende manieren om dat te doen. Naast het GLl-programma, is er tegenwoordig ook medicatie beschikbaar die het verzadigingsgevoel stimuleert en/of het beloningsgevoel remt. Deze medicatie is weggelegd voor mensen voor wie het GLlprogramma niet effectief genoeg is en er zijn strikte richtlijnen voor welke groepen mensen deze medicatie vergoed wordt.
Maar ook in je dagelijks leven kun je met een paar eenvoudige aanpassingen al resultaat bereiken.
Mariëtte geeft tips:
Het duurt gemiddeld zo’n twintig minuten voordat de verzadigingshormonen hun werk doen. Als je het eten heel snel naar binnen werkt en weinig kauwt, dan zijn deze hormonen nog niet op gang terwijl je je eerste bord al op hebt. Het gevaar is dat je een tweede keer opschept. Probeer dus heel rustig te eten en bewust en extra veel te kauwen. Bewust eten gaat beter aan tafel in plaats van voor de televisie.
Er zijn dus opties. Echter, weet Mariëtte uit de praktijk, het is een kwestie van lange adem. Stapje voor stapje op weg naar een gezonder gewicht!
Volg Mariëtte op lnstagram @boonmariette voor meer inspiratie!
Het boek Vet Belangrijk is te verkrijgen via www.bol.com